Omdat de zon zo mooi schijnt.
Omdat er lammetjes lopen in mijn hoofd.
Omdat het zo versgekakeld fris ruikt.
Omdat het onderweg is.
Daarom: 'Ma come amar'.
Het komt uit de opera Muzio Scevola (een co-productie van drie componisten, waaronder Händel). Het verhaal gaat dat deze Muzio Scevola, 'Gaius Mucius Scaevola' zeggen we dan officieel, een paar eeuwen voor Christus een heldendaad verrichtte door zich in het vijandelijke Etruskische kamp te begeven om aldaar de bijbehorende koning Porsenna om zeep te helpen, met als doel Rome te bevrijden. De heldendaad zat 'm niet direct in de moord zelf, want die pleegde hij uiteindelijk niet; hij legde, niet zo snugger, de verkeerde om. Maar toen hij voor de koning werd geleid liet hij deze zien dat hij niet bang was voor de dood door zijn rechterhand in het vuur te steken. Die daad leverde hem het epitheton 'Scaevola' op, de Linkshandige. Porsenna trok zich klappertandend terug, Gaius Mucius werd een held. Dappere jongens, die Romeinen.
Boeken lenen zich niet altijd een op een voor een film en dat wisten ze al in de achttiende eeuw. Dus werd er een heel verhaal van getakkebost met ingrediënten die het dan altijd goed doen: verraad, trouw, een heleboel als-ik-nou-doe-of-ik-die-en-die-ben-verkleed-jij-je-als-dat-en-dat's en als pièce de résistance natuurlijk altijd de liefde. En zo kom ik op deze aria. Een duet van Muzio Scevola en zijn geliefde Clelia. Het was vast lente toen ze het zongen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten