vrijdag 24 april 2015

Onzelfstandig naamwoorden

Ik zie het steeds vaker. Of wat zeg ik, waarschijnlijk valt het me gewoon vaker op. Huis. Landschap. Uitzicht. Samenwerking. Ik noem maar even een paar woorden. Waar lees je nog: 'Het huis is ... (wat het huis dan is) ...', 'Het landschap doet denken aan ...' (want dat heb je nogal eens met landschappen), 'De samenwerking zorgt voor ...'.

Daar zit een tekstschrijver aan zijn muis te knagen. Ja, het staat er allemaal wel, maar er moet ... ja ... er moet iets bíj. Het is te kaal, te beperkt, te ... eh ... te weinig. Ja te weinig, dat is het. En daar gaat het laatje bijvoeglijk naamwoorden open. Knutsellijm in bange dagen. En wordt het huis (buitengewoon) zonnig, (zeer) statig of (bijzonder) ruim. Het landschap weergaloos of uitgestrekt. En de samenwerking intensief of fantastisch (of allebei). Ik weet dat, want ik heb ook zo'n laatje. En, tuurlijk, er zijn zinnen waar die bijvoeglijk naamwoorden daadwerkelijk iets aan die zelfstandig naamwoorden toevoegen (misschien ga ik ze in die gevallen toevoeglijk naamwoorden noemen). Maar ik zie ook draken langskomen waarvan ik denk: wie heeft daarvoor getekend?

Van de week hoorde ik in een radiocommercial een meneer juichend vertellen over een nieuwe yoghurt met tropische mango (niet te verwarren met Friese of Zweedse mango), frisse kiwi (ze hebben gelukkig niet eerst drie (lange) maanden op de (vrolijke) fruitschaal gelegen) en zachte banaan (dus er zitten niet van die keiharde groene krengen in waarmee je een gemiddelde kluis makkelijk open tikt). Heb je één yoghurt met maar liefst fruitsoorten erin en moeten er nóg bijvoeglijk naamwoorden aan te pas komen om het verhaal een beetje eetbaar te maken. Waarschijnlijk - ik heb er even niet op gelet - wordt die yoghurt er nog zijdezacht van ook.

Kun je me nog meer vertellen, maar ik vind dat dus behoorlijk onzelfstandig naamwoorden.

dinsdag 7 april 2015

Lente

Toen ik net Frans op school had vond ik het een heel erg geestig woord: 'lente'. Singulier, féminin. Niks ontluikende natuur, aaibare lammetjes en vlinders in je buik. Nee, 'langzaam'.

Een paar jaar of zo later zag ik op een platenhoes (of weet ik veel waar ik het zag) 'valse lente'. Chopin, Delibes, zoiets zal het wel geweest zijn. Je ziet zo'n seizoen aan komen sneaken. Om dan in het geniep toe te slaan. Je kijkt éven niet en bám.

Ondertussen bloesemt het hier buiten.
Maar ook binnen.
En dansen vlinders een langzame wals.